De eik en de oorlog

Balla coi Lupi, Dances with wolves op de poort

Annarita staat bij het opvallendste hekwerk van de Poggio, het deel van onze frazione dat op de heuvel boven onze borgo ligt. Op vier houten palen zijn een aantal schedels van koeien vastgemaakt, inclusief de horens. Erboven hangt een plank met de tekst Balla coi lupi. Het heeft me een jaar gekost voor ik begreep dat het de vertaling is van, Dances with wolves. Deze farm is van Italo een fitte bijna tachtiger die zelf alle hout zaagt en kapt voor de winter, maait en hooit voor zijn geiten en samen met zijn vriendin een mega moestuin heeft. Hij is overigens geen boer. Tot vijf jaar geleden had hij met een collega een Taxi in Bologna.

Italo heeft zijn vintage tractor uit de schuur gehaald en is bezig met de eerste maai op de weide naast zijn woning. De tractor is niet zo oud als Italo, maar veel scheelt het niet. Hij is knaloranje en ronkt come un gatto in calore, als een krolse kater, dat vindt Annarita in ieder geval. Italo zit erop als een rodeoruiter, zijn cowboyhoed iets achterover en zijn lange witte haren wapperen.

Dat maaien klinkt eenvoudig maar de heuvel waar Italo nu bezig is heeft een stijgingspercentage van minstens vijftien procent en het landbouwvoertuig lijkt iedere keer de wetten van de zwaartekracht te tarten. In het midden van het veld staat de mooiste eik van de hele omgeving en een van de oudste. Van bovenaf kun je zien dat er ooit een gigantische zijtak is afgescheurd die een groot stuk van de stam heeft meegenomen. Toch is er geen spoor te bekennen van snoei of zaagwerk. De boom heeft kennelijk vrij spel, wat dan weer vrij uitzonderlijk is. Italo maait in rondjes. Hij volgde eerst de rand van het veld en gaat van daaraf in een spiraal naar binnen. Annarita gaat paddenstoelen en planten zoeken in het bos. Jaloers stel ik vast dat ze minder moeite heeft met het steile pad dan ik. Eenmaal boven bij de oude boerderij die Fornello wordt genoemd, zijn de rondjes van Italo al een stuk kleiner zijn geworden. Alleen rond de eik staat nog een cirkel hoog gras met een doorsnee van een meter of tien. Dan zwaait de oranje machine naar links en rijdt het veld af.

‘Hij maakt het niet eens af.’  Ik draai lachend naar Annarita. Haar normaal gesproken goedlachse gezicht blijft dit keer strak in de plooi, streng.

‘Hij zou niet durven, zélfs hij niet.’ Ze laat zich op het stenen bankje zakken, de rieten mand met een theedoek erin gevouwen, balanceert op haar schoot. Ze tikt op de plek naast zich als teken dat ik moet komen zitten.

‘In 1944 zaten hier overal Duitsers, nazi’s en natuurlijk hun Italiaanse fascistische hulpjes maar die vergeten we voor het gemak. Het huis waar jullie in wonen, was het hoofdkwartier van de wehrmacht en daarboven zat de SS,’ Ze wijst naar de Poggio. ‘Of andersom, dat kan ook.’ Het oudste gebouw van de Poggio, het Castello, is vanuit alle richtingen te zien. De onderkant is van natuursteen maar de bovenste verdiepingen zijn er in baksteen opgemetseld. ‘Volgens mijn ouders was het castello een casa chiusa van de Duitsers.’ Ik heb duidelijk geen idee waar ze het over heeft. ‘Een casa chiusa, een bordello, daarom hadden babo e mamma het er ook liever niet over.’ In haar guitige lach zie ik de jonge vrouw die ze ooit geweest is. Ze wordt meteen weer serieus.

‘Op een nacht kwamen vier Duitse officieren het bordeel uit.’ Mijn schrijversfantasie slaat meteen op hol. De vier mannen, dronken van de in beslag genomen drank die zich aan alles tegoed hadden gedaan dat voor handen was. ‘Buiten werden ze opgewacht door een commando van de Partizanen en neergeschoten. Nog diezelfde nacht werd de ene na de andere boerderij omsingeld en doorzocht. Iedereen die ze vonden werd hiernaartoe gebracht, naar Fornello.’  Onwillekeurig kom ik naar voren. Ze heeft het over het huis waar ik tegenaan leun.

‘Het waren allemaal oude mensen, vrouwen en kinderen. Alle mannen ouder dan veertien waren meteen de bergen ingevlucht. De volgende ochtend werden de gevangenen op een rij gezet en een officier liep samen met een vertaler langs. Wie hadden de aanslag gepleegd? Waar waren de daders? Toen niemand iets zei, liep hij terug naar het begin van de rij en hij telde af. Precies zoals wij vroeger op het schoolplein deden.’ De zon lijkt plotseling minder warm en de muur achter me kouder.

‘Hij telde tot vijf en de zesde in de rij werd eruit gehaald. Tot hij aan het einde was, toen vroeg hij nog een keer wie de aanslag hadden gepleegd. Niemand gaf antwoord en toen zijn de zes die uit de rij waren gehaald meegenomen naar die eik en opgehangen, twee kinderen en vier oudjes.’ Mijn favoriete eik ziet er plotseling heel anders uit. Het verbaast me dat er geen herdenkingsmonument bij staat. Italianen zetten ze op zoveel plaatsen neer, waarom hier niet?

‘Sindsdien komt niemand meer in de buurt van die boom, zelfs Italo maait er netjes omheen.’

‘Hoezo zelfs Italo?’

‘Heb je zijn verzameling wel eens gezien?’ Annarita kijkt me zijdelings aan. Ze weet dat ik dit soort uitnodigingen nooit afsla.

‘Je bedoelt zijn verzameling autootjes, Disney figuurtjes, pistolen en taxi trofeeën?’ Italo heeft in zijn kelder een soort mancave vol vitrinekasten met de meest onbegrijpelijke verzamelingen. Ik vond het allemaal erg geestig.

‘Hij heeft vast het licht in de verste kast niet aangedaan.’ Ik geef toe dat ik dat niet meer zou weten. Er was zoveel te zien. ‘Dat is namelijk de kast met bustes van Mussolini en ander spul uit de fascistische periode, die laat hij meestal niet zien.’

Italo heeft de tractor geparkeerd en ik zie zijn hoed achter het huis verdwijnen.

‘Hij is een nostalgicus, nostalgisch naar een tijd die hij gelukkig ook nooit heeft meegemaakt. Verder wel een aardige man hoor. Beetje dom.’

Er steekt een windje op en ik beeld me in dat ik de bladeren van de eik hoor ritselen.

‘Nee zelfs Italo zou niet rond de eik durven maaien.’ Annarita blijft even stil. Het lachje dat daarna klinkt, komt volledig onverwacht. ‘Terwijl ik niet eens zeker weet of dit allemaal echt, hier gebeurd is.’

Ze staat op en loopt het bos in. Een uur later loopt ze de borgo weer in met haar mand vol paddenstoelen. ‘Vanavond pasta al funghi.’ Roept ze vrolijk.

 

De Eik waar het verhaal over gaat